Impressionisme ontstond op het strand van Honfleur

Rotsen, strandgangers en vissersboten. Honfleur trok generaties kunstschilders naar de Noord-Franse kust. In de schilderijen zie je de stijl langzaam veranderen van academische landschapskunst tot kleurrijk impressionisme!

Rond 1824 ontdekte de jonge Franse kunstenaar Eugène Isabey het Normandische kustplaatsje Honfleur. Het Middeleeuwse dorpje lag ingeklemd tussen twee heuvels op de plek waar de Seine in de zee stroomde. Isabey huurde er een atelier met zijn kunstenaarsvriend Xavier Leprince een atelier. Ze werden aangetrokken door de zee en mooie licht. De schilderijen van het dorp en de Franse kust toonden ze op de salon.

Eugène Boudin

In navolging van Isabey begonnen ook andere kunstenaars Honfleur te ontdekken. Zo werd Honfleur rond 1832 bezocht door de Engelsman William Turner en werkte ook Corot enkele weken in de Franse badplaats. Maar Honfleur groeide pas echt uit tot kunstenaarsdorp dankzij Eugène Boudin.

Boudin werd geboren in Honfleur in Normandië in 1824. Zijn vader was havenloods en Boudin werkte op jonge leeftijd als scheepsjongen voor zijn vader. Maar Boudin verliet het vak al snel en ging in opleiding tot kunstschilder in het atelier van Eugène Isabey. Samen werkten ze in de zomer graag aan de Normandische kust. In de winter bleven ze in Parijs.

Impressionisme

In het atelier van Isabey werkte ook Johan Jongkind, een jonge Nederlandse kunstenaar. Waar Corot en Isabey nog schilderden in de traditie van de romantiek en het realisme, experimenteerden Boudin en Jongkind met een lossere penseelstreek.

Vooral met de strandgezichten die Boudin maakte in Honfleur en de omliggende dorpen Trouville en Deauville had hij veel succes. Hij schreef hierover dat “het schilderen van de luiheid van deze gouden parasieten” op de stranden van Trouville-Deauville “een zekere schaamte opwekte”. Boudin schilderde daarom ook graag de boeren in de omgeving, in de traditie van Millet.

Monet

In 1858 ontmoette Boudin de 18 jarige Claude Monet, die getekende karikaturen verkocht. Hij moedigde de jonge knaap aan om te gaan schilderen. Samen met Boudin en Jongkind werkten zo op het strand en in de omgeving. We schreven eerder over de samenwerking tussen Jongkind en Monet in dit artikel.

De thuisbasis voor veel kunstenaars in Honfleur was de 17e eeuwse sfeervolle boerderij Saint Siméon. Herbergierster ‘Moeder Toutain’ verwelkomde de kunstenaars hartelijk en voorzag ze van eten. De herberg gaf onderdak aan kunstenaars als Boudin, Jongkind, Corot, Courbet, Bazille en Monet.

Étretat

Ook het nabijgelegen Étretat groeide uit tot een toeristische trekpleister. Waar het begin 19e eeuw slechts een klein vissersdorpje was, groeide het halverwege de eeuw uit tot een mondaine vakantieplaats. Vooral de kliffen langs de baai trokken veel bekijks. Hierdoor kwamen ook kunstschilders naar Étretat.

De natuurlijke rotsboog die bekend staat als de Porte d’Amont, was een favoriet onderwerp. Courbet en Monet schilderde een uitgebreide reeks schilderijen van de rotsige kust. Boudin kwam pas later naar Etretat om de rotsen te schilderen. Nu waren de rollen omgedraaid, Monet was de meester en Boudin de navolger.